|
OVER
PROFETEN GESPROKEN
OVER PROFETEN GESPROKEN
Hoofdstuk 2IS EEN PROFEET BLIJ MET ZIJN ROEPING? Voordat wij gaan kijken naar de Profeet in het Nieuwe Testament, wil ik U eerst introduceren aan de Vader van alle profeten. Ik wil u vertellen over Zijn trouw. De training van een profeet is niet altijd gemakkelijk. Het is een grote verantwoordelijkheid om een mondstuk voor de Heer te zijn. Het lijkt er wel op of de Heer extra streng is voor Zijn profeten. Dat kan alleen maar goed zijn. Daarom kiezen de meesten ook niet voor het ambt van een profeet. John Sanford maakte in zijn boek, de Elijah task, een boek over profeten, de opmerking, Wanneer u een kind heeft dat tegen de stroom ingaat en vaak erg moeilijk te volgen is en moeilijk voor zichzelf, dan heeft u waarschijnlijk een profeetje onder uw dak. Het vermogen om in het bovennatuurlijke te kunnen bewegen wordt een kind meegegeven in de baarmoeder. Het is de profetische gave die genoemd wordt in Romeinen 12 als een van de zeven genadegaven. Maar door die gave staan deze kinderen ook wijd open voor impulsen van de andere kant, en ouders van zo’n kind hebben grote wijsheid en onderscheiding nodig om hun kind te kunnen beschermen tegen okkulte machten die proberen dit kind te bezitten en voor hun eigen doeleinden te gebruiken. Maar God waakt over Zijn profeten! In de Bijbel ontmoeten wij verschillende profeten die niet erg blij waren met hun roeping. We hebben het al over Jona gehad. Jeremia zei: Gij hebt mij overreed, Here, en ik heb mij laten overreden; Gij zijt mij te sterk geweest en hebt overmacht. Ik ben tot een bespotting geworden de ganse dag, allen honen zij mij. Want telkens wanneer ik spreek, moet ik het uitschreeuwen, van geweld en onderdrukking roepen; want het woord des Heren is mij geworden tot smaad en spot de ganse dag. Maar zeide ik: Ik wil aan Hem niet denken en in zijn naam niet meer spreken, dan werd het in mijn hart als brandend vuur, opgesloten in mijn gebeente; wel matte ik mij af om het in te houden, maar ik kon het niet. Want ik heb gehoord het gemompel van velen (schrik van rondom!): Brengt iets aan, opdat wij hem aanbrengen. Alle lieden met wie ik bevriend ben, loeren op mijn val: wellicht zal hij zich laten verlokken, zodat wij hem overmogen en wraak op hem kunnen nemen. (Jeremia 20:7-10). Jeremia was nog erg jong toen God hem riep en de boodschap die hij moest brengen was nu niet echt zo fijn. Waarom toch ben ik uit de moederschoot voortgekomen om moeite en kommer te aanschouwen en opdat mijn dagen in schande ten einde spoeden? (Jeremia 20:18 ) Wilt u weten wat God antwoordde toen Jeremia zijn beklag deed? Hij zei helemaal niets, het leek wel alsof Hij hem niet hoorde. Hij wachtte rustig af tot Jeremia klaar was met klagen en gaf hem toen de volgende boodschap om te verkondigen. Bileam was eens een ware profeet en had de weg gekozen van de minste weerstand en hij werd een valse profeet. Toen Jesaja God zag werd hij bang en riep uit dat hij onreine lippen had. Heeft u zich wel eens afgevraagd waarom hij dat zei? Jezus zei dat wij niet verontreinigd worden door wat wij eten, maar door wat uit onze mond komt. Begrijpt gij niet, dat al wat de mond binnengaat, in de buik komt en te zijner plaatse verdwijnt? Maar wat de mond uitgaat, komt uit het hart, en dat maakt de mens onrein. Want uit het hart komen boze overleggingen, moord, echtbreuk, hoererij, diefstal, leugenachtige getuigenissen, godslasteringen. Dat zijn de dingen, die een mens onrein maken, maar het eten met ongewassen handen maakt een mens niet onrein. (Mattheüs 15:17-20) Jesaja leefde in de tijd van koning Uzzia, Jotam, Ahaz en Hizkia. Wanneer wij naar de levens van deze koningen kijken zien wij dat er dingen gebeurden waar Jesaja heel teleurgesteld en bitter door werd. Vooral in deze tijd waar zoveel kerken corrupt zijn moeten de profeten hun hart bewaren en oppassen wat er uit hun mond komt, wanneer zij dingen zien die hen teleurstellen of pijn doen. Net als Jesaja dienen zij geregeld naar God toe te gaan en Hem vragen om hun lippen te reinigen. Profeten moeten zuinig zijn op hun relatie met God. Zij moeten heel dicht bij God leven en tijd doorbrengen in Zijn tegenwoordigheid. Zodat ze Zijn stem kunnen horen. Mozes had een probleem. Hij was een driftig mens en dat kostte hem 40 jaren in de woestijn. En nog liet hij God niet toe om af te rekenen met zijn drift en zijn hart te veranderen. Wij kunnen zelf ons hart niet veranderen. Dat kan God alleen en Hij weet precies hoe om dit te doen. Mozes kon daardoor het beloofde land niet binnen gaan. Elia was bang voor Izebel en hij vluchtte. Drie keer gaf de Heer hem de gelegenheid om zijn hart open te maken voor God en eerlijk toe te geven dat hij vol vrees was en zelfmedelijden. Hij kon God gevraagd hebben om zijn hart te veranderen. God wilde net dat hij eerlijk was tegenover Hem. Nadat hij drie keer hetzelfde verhaaltje vertelde en de toestand van zijn hart niet openbaarde voor God zei God tegen hem, Elia, ga iemand anders zalven die jouw plaats moet innemen. Was God boos op hem? Nee, God hield van hem. Wat denkt u, God stuurde zelfs een wagen met hemelse paarden om Elia op te halen en gaf hem later het voorrecht om met Jezus te spreken, samen met Mozes, en Hem voor te bereiden op wat komen ging. Maar op dat moment kon God hem niet verder gebruiken, dus moest iemand anders zijn taak voortzetten. Groot is Uw trouw oh Heer! Koning David zondigde maar hij vernederde zichzelf voor God en bekeerde zich en de Heer vergaf hem. Ik heb zelf Gods trouw meerdere malen mogen ervaren. Niet zo lang geleden waarschuwde de Heer mij in een droom dat ik mij moest bekeren van hoogmoed en trots want anders zou Hij mij achter laten wanneer Hij over de aarde zou gaan bewegen in al zijn Heerlijkheid. Ik bekeerde mij en vroeg God mijn hart te veranderen. Gods antwoord kwam met vuur!! En er volgde een jaar dat ik niet graag weer over zou willen doen.. Ik ben dankbaar dat God mijn gebed verhoorde en mijn hart heeft veranderd. Wanneer u kijkt naar het leven van Gods profeten in de Bijbel dan kunt u zien hoe trouw God is. Ik maakte een studie over Gods trouw in de Bijbel. Ik kan u aanraden om dat ook te doen. Het woord ‘trouw’ komt van het rootwoord ‘aman’. Ik denk dat het engelse woord ‘amen daarvan af stamt. Als wij ‘amen’ zeggen, zeggen wij eigenlijk, Gods trouw zal het volbrengen. Het Hebreeuwse woord ‘aman’ betekent ook: opbouwen, dragen, bemoedigen, geloof geven, voorzien, helpen, bewijzen, rechtvaardigen, op handen dragen, oprichten, bevorderen, ontwikkelen, koesteren, opleiden, in balans brengen. Een beschrijving van Gods liefde in 1 Cor. 13. Mijn favoriete tekst vindt u in Romeinen: Want ik ben verzekerd, dat noch dood noch leven, noch engelen noch machten, noch heden noch toekomst, noch krachten, noch hoogte noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onze Here. (Rom 8:38-39) In deze tekst lezen wij dat NIETS ons kan scheiden van Gods liefde, en het woord dat hier gebruikt wordt is hetzelfde als het woord ‘trouw’ en betekent dat niets ons kan scheiden van Gods toewijding en vastbeslotenheid om Zijn doel in ons leven te vervullen. Ik wil dit hoofdstuk afsluiten met een passage uit het boek Jesaja. God zegt hier tegen ons (wij zijn ook Gods volk net als Israel) : Hoort naar Mij, huis van Jakob en geheel het overblijfsel van het huis Israel, die door Mij gedragen zijt van moeders lijf aan, opgenomen van de moederschoot af. Tot de ouderdom ben Ik dezelfde en tot de grijsheid toe zal Ik u torsen; Ik heb het gedaan en Ik zal dragen, Ik zal torsen en redden. (Jesaja 46:3-4 NBG51) Ik, die van den beginne de afloop verkondig en vanouds wat nog niet geschied is; die zeg: Mijn raadsbesluit zal volbracht worden en Ik zal al mijn welbehagen doen;….. Ik heb gesproken, Ik doe het ook komen; Ik heb het ontworpen, Ik breng het ook tot uitvoering. (Jesaja 46:10-11) |