Op deze pagina staat het
Reglement
van de
KUSH :
koninklijke kynologische unie Sint-Hubertus
berichtje achter laten
Reglement agility
|
GEHOORZAAMHEIDSPROGRAMMA VOOR ALLE HONDEN.
Menu:
-
Doelstellingen.
-
Practische richtlijnen bij het inrichten van brevetproeven en wedstrijden.
-
Overgangen.
Menu
Het doel van dit programma is de liefhebbers en alle hondeneigenaars aan te
zetten om hun hond aan een geleidelijke africhting te onderwerpen met als basis
de gehoorzaarnheid. Het programma werd derwijze opgesteld (laat alle rassen,
zonder onderscheid, er aan kunnen deelnemen).
Aangezien de hond, bij een dergelijke vorm van africhting, in contact komt met
andere honden en personen, zal hij meer zelfvertrouwen krijgen. Door de
verworven kalmte en gehoorzaamheid en verder door zijn onberispelijk gedrag in
gezelschap, zal hij zijn eigenaar allerlei onaangenaamheden besparen wat er toe
zal bijdragen dat zijn kansen op behoorlijke resultaten bij diverse keuringen
kunnen verbeteren. Het zal zijn loopbaan als tentoonstellingshond zeker niet
schaden doch eerder ten goede komen.
Het programma kan tenslotte ook een uitgangspunt zijn naar andere disciplines
in de hondensport vermits de beoefenaars leren geloven in hun mogelijkheden als
opvoeders.
Het gehoorzaamheidsprogramma kan tot een tweevoudig resultaat leiden:
1 :
Het behalen van het brevet waarbij dient opgemerkt dat enkel honden met een
door de KKUSH erkende stamboom, Het officieel brevet kunnen bekomen dat door de
KKUSH wordt uitgereikt bij het behalen van het brevet speelt de ouderdom van de
hond geen rol.
2 :
Het deelnemen aan wedstrijden die alleen bestemd zijn voor gebrevetteerde
honden dewelke tenminste negen maanden oud zijn op de dag van de wedstrijd.
Door het programma in competitie te brengen in de vorm van wedstrijden, kan aan
het publiek getoond worden wat dit programma vermag voor alle hondenrassen.
Het kan een aansporing zijn voor hondeneigenaars om toe te treden tot een door
de KKUSH en de FCI erkende club en in de toekomst enkel verder te werken met
honden met een door deze instanties erkende stamboom.
Menu
2.1. Algemeen inrichtingsreglement
De wedstrijden en proeven tot het behalen van het brevet vallen onder de
algemene inrichtingsreglementen van de KKUSH op werkproeven en
wedstrijden.
Opgemerkt dient te worden dat de proeven en wedstrijden, zelfs al werden deze
gepubliceerd in de sportkalender, nog officieel moeten aangevraagd worden bij
de KMSH en dit ten laatste twee maanden voor de datum van de inrichting.
2.2. Algemene beoordelingscriteria
De keurders die uitgenodigd worden tot het keuren van de proeven of wedstrijden
zullen steeds voor ogen houden dat iedere opgelegde oefening een fundamentele
overeenkomst moet vertonen met gelijkaardige situaties in het dagelijks leven.
Tijdens het beoordelen van de proeven of wedstrijden dienen de keurders ook
rekening te houden met de hierboven geschreven doelstellingen van het programma
dat reeds werd goedgekeurd door de K.R. in haar vergadering van 19 mei 1957.
Bij de uitvoering van de oefeningen en het beoordelen ervan dienen de keurders
dan ook vooral te letten op de essenties van de oefeningen.
2.3. Terrein
De oefeningen worden afgelegd in een vrij en "open veld". Dit kan evengoed
het terrein zijn van de inrichtende club, een wandelweg, een dorpsstraat, een
parkeerplaats, enz., wanneer dit maar voldoende vrij en ruim is en in een zo
natuurlijk mogelijke omgeving.
2.4. Inschrijvingen
De inschrijvingen gebeuren schriftelijk en zijn steeds vergezeld van het
inschrijvingsgeld.
De inrichters hebben echter het recht om inschrijvingen te weigeren, zelfs
zonder opgave van redenen.
Beperking in aantal deelnemers per wedstrijd
- Brevet, DP en GP 1: 40 honden per 2 keurders
- GP 2: 30 honden per 2 keurders
Maximaal kunnen 6 keurders uitgenodigd worden per wedstrijd.
Wanneer echter een club op eenzelfde dag meerdere wedstrijdprogramma's inricht
kan zij, mits voorafgaandelijke toelating van de sectie 4B, eventueel meerdere
keurmeesters uitnodigen.
Tijdens het verloop van de wedstrijd dienen dezelfde oefeningen door dezelfde
ploeg keurders beoordeeld te worden.
Bij de proeven voor het behalen van het brevet mag hier evenwel van afgeweken
worden.
2.5. Indeling van de deelnemende honden
-
Brevet : Groepen van maximum 8 honden per uur en per 2 keurders, reuen en
teven door elkaar.
LOOPSE TEVEN MOGEN NIET DEELNEMEN
-
DP/GP 1: Groepen van maximum 8 honden per uur en per 2 keurders,
reuen en teven door elkaar. De laatste groep wordt uitsluitend samengesteld
met teven (plus loopse teven).
-
GP 2 : Groepen van maximum 5 honden per uur en per 2 keurders,
reuen en teven door elkaar. De laatste groep wordt uitsluitend samengesteld met
teven (plus loopse teven).
De inrichters dienen ook rekening te houden met volgende punten:
-
De keuringen mogen niet aanvangen voor 10.00 uur.
-
Passend in de volledige dagindeling wordt een middagpauze voorzien van
tenminste ��n tot anderhalf uur.
-
Het einde van de wedstrijd wordt voorzien om 17.30 u.
-
De prijsuitreiking dient voorzien te worden uiterlijk om 18.00 uur.
De inrichters, dewelke enkel de proeven tot het behalen van het brevet
organiseren, dienen rekening te houden met volgende punten:
-
Indeling van de deelnemende honden:
Groepen van maximum 8 honden per uur en per 2 keurders, reuen en teven door
elkaar. De laatste groep wordt uitsluitend samengesteld met teven
(plus loopse teven)
-
Zo deze proeven worden ingericht op een avond dienen volgende punten in acht
genomen:
-
Het einde van de wedstrijd wordt voorzien om 22.00 0.
-
De prijsuitreiking dient voorzien om uiterlijk 22.30 uur.
Het voorbrengen van honden tijdens de proeven voor brevet of wedstrijden
geschiedt volgens catalogusnummer met dien verstande dat per groep alle
deelnemers om beurt als eerste een oefening moeten uitvoeren.
Minimum ��n week voor de wedstrijd verwittigt de inrichtende club wanneer de
honden aanwezig moeten zijn, hoe laat ze bij de proef of wedstrijd moeten
aantreden, in welke groep ze zijn ingedeeld of onder welk nummer zij werden
ingeschreven.
Op het inschrijvingsformulier mogen de deelnemers aanduiden op welk tijdstip
zij bij voorkeur willen werken. De inrichters zullen hiermee, zoveel als
mogelijk is, rekening houden doch de deelnemers dienen zich te houden aan de
beslissing van de inrichters.
Honden die te laat aanwezig zijn, kunnen geweigerd worden.
Wie met een loopse teef aan de wedstrijd wil deelnemen is verplicht de
inrichters hiervan op de hoogte te brengen zodat deze honden nog in de laatste
groep kunnen worden ondergebracht.
De inrichters zijn ook verplicht om deze melding in het werkboekje van de hond
te noteren.
2.6. Toelatingsvoorwaarden bij wedstrijden
Enkel gebrevetteerde bonden van tenminste 9 maanden oud, kunnen deelnemen aan
de wedstrijden.
Elke geleider dient, alvorens het terrein te betreden, het werkboekje van de
hond te overhandigen aan de ringcommissaris. Indien dit niet gebeurt, wordt de
hond geweigerd.
honden zonder erkende stamboom spelen met een doorstreept werkboekje.
Daarenboven verplichten (deze eigenaars zich ertoe dat hun volgende hond
raszuiver zal zijn met een door de FCI erkende stamboom.
AIle brevetten en prijzen, uitgereikt onder toezicht van de KMSH en de KKUSH,
kunnen enkel ten goede komen aan honden met een stamboom die erkend werd
door deze instanties.
2.7. Herkansingen
Enkel voor het behalen van het brevet GP is, bij eventuele mislukking van een
oefening een herkansing mogelijk doch slechts voor max. twee oefeningen. De
punten worden dan berekend op het totaal van de te verdienen punten op de
betreffende oefening doch slechts maximum de helft van dit totaal kan worden
toegekend. Bij wedstrijden worden geen herkansingen op oefeningen toegelaten.
2.8. Administratieve verplichtingen
De inrichtende club stelt een schrijver en een ringcommissaris ter
beschikking per groep van 2 keurders en zorgt ook voor de beoordelingsbladen
en offici�le brevetkaarten.
De inrichters zullen de behaalde uitslagen (ingevulde catalogi), gehandtekend
door alle keurmeesters, doorsturen naar de KMSH, het alg. secr. van de KKUSH
en het secr. van de sectie 4B en dit binnen de veertien dagen na de proef en/of
wedstrijd. Deze catalogi worden v��r de aanvang van de wedstrijd, per pagina,
gehandtekend door minimum ��n van de ambterende keurders. Het is verder
verboden om in deze catalogi nog deelnemers te schrappen te wijzigen of toe te
voegen.
2.9. Geleiders
Een hond kan voorgebracht worden door een andere persoon dan de eigenaar. Dit
moet echter vermeld worden bij de inschrijving. Tijdens de wedstrijd mag de
geleider niet vervangen worden.Elke geleider moet aangesloten zijn bij een club
die erkend wordt door de KKUSH en dient deze club ook te vermelden bij de
inschrijving. Per "sportjaar" mag een combinatie (geleider met hond) slechts
spelen onder ��n en dezelfde vereniging, tenzij met wederzijds en schriftelijk
akkoord van de betrokken verenigingen.
2.10. Keurmeesters
Enkel keurders die voor dit programma benoemd zijn door de
keurdersbenoemingscommissie van de KKUSH mogen deze proeven en wedstrijden
keuren. Zij zullen zich daarbij houden aan de bestaande reglementen en het
voorgestelde puntenstelsel. Het aantal keurmeesters zal ook steeds tenminste
twee moeten zijn.
Zij hebben recht op de gebruikelijke vergoedingen (reglement KKUSH).
De keurders dienen door de inrichters schriftelijk te worden uitgenodigd gezien
sIechts een schriftelijke uitnodiging en de schriftelijke bevestiging
ervan, bindend kan zijn. De keurders dienen nog minimum 1 week voor de
wedstrijd verwittigd te worden met vermelding van de namen van de
keurders die op de proef
of wedstrijd fungeren, de indeling van de dag (programma + aantal
deelnemers) en de plaats waar de wedstrijd doorgaat (liggingsplan).
Alle niet voorziene gevallen tijdens de proeven en wedstrijden worden opgelost
door de keurders die daarbij steeds rekening dienen te houden met de
richtlijnen en de reglementen van het offici�le Gehoorzaamheidsprogramma
voor alle honden.
Bij eventuele sancties die worden genomen buiten het puntenstelsel dienen de 2
ambterende keurders samen en eensgezind te beslissen. Een beknopt verslag zal
dan doorgestuurd worden naar sectie 4B.
2.11. Beoordelingsblad
Het beoordelingsblad wordt, op vraag van de deelnemers, afzonderlijk getoond
door een verantwoordelijke die is aangesteld door de inrichters.
Wanneer vermoed wordt dat er een vergissing is gebeurd, kunnen de keurders, na
de wedstrijd en v��r de prijsuitreiking, nog op een behoorlijke wijze hierover
geraadpleegd worden.
2.12. Proeven tot het behalen van een brevet
2.12.1. Officieel brevet
De proeven voor het behalen van een brevet staan open voor alle honden waarvan
de eigenaar lid is van een club, aangesloten bij de KKUSH.
Enkel honden met een stamboom dewelke erkend wordt door de KKUSH en de FCI,
krijgen het offici�le brevet van de KKUSH dat zal afgeleverd worden met
volgende vermelding:
Uitmuntend: 85% van de punten
Zeer Goed: 70% van de punten
Goed: 60% van de punten
Om het brevet te bekomen, moet de hond tenminste 50% van de punten
behalen op elke oefening en 60% op het totaal van de te behalen punten.
Bovendien mogen slechts 10 puuten afgetrokken zijn voor "algemene houding".
De hond die dus een onvoldoende heeft voor een oefening of 10 punten(of meer)
verliest op "algemene houding", kan onmogelijk het brevet behalen.
Maximum 2 mislukte oefeningen mogen ��nmaal overgedaan worden maar indien de
herkansing lukt, wordt slechts de helft van de punten op deze oefening
toegekend (zie 2.7.)
2.12.2. Vermelding van de resultaten
Na het afleggen van de proeven tot het behalen van het brevet wordt geen
klassement opgemaakt. De afroeping gebeurt volgens het catalogusnummer met
vermelding van de kwalificatie en de punten.
Alle prijzen zijn gelijk, speciale prijzen worden niet voorzien.
2.12.3. Deelname
Aan de proeven tot het behalen van het brevet kan op verschillende data
worden deelgenomen om een beter resultaat te bekomen.
Nochtans, wanneer eenmaal werd (deelgenomen aan een wedstrijd DP kan men,
met eenzelfde hond, niet meer deelnemen aan de brevetproeven.
2.13. Wedstrijdprogramma's
De wedstrijdprogramma's (voor debutanten en GP 1) vertonen fundamentele
overeenkomsten met de proeven voor het behalen van het brevet.
Waar echter bij het DP de oefeningen nog eerder eenvoudig zijn, kan door de
keurders bij GPI, de moeilijkheidsgraad bij de uitvoering van de oefeningen
aanzienlijk verhoogd worden. De keurders zullen er dus op letten dat de
moeilijkheidsgraad van de oefeningen in het DP minder hoog ligt dan in GP 1.
De wedstrijden zullen doorgaan onder alle weersomstandigheden en bij tenminste
��n oefening zullen ook andere honden en personen betrokken worden voor alle
groepen.
Twee verschillende oefeningen mogen niet gecombineerd worden, uitgezonderd
"het weigeren van lokaas".
Bij wedstrijden wordt een klassement opgemaakt waarbij de toegekende prijzen
verschillend mogen zijn.
Wanneer twee of meer deelnemers met gelijke punten eindigen, worden deze
gerangschikt volgens een door de keurders vooraf bepaalde wijze.
Menu
Het overgaan naar een volgend programma wordt uiteraard per hond beschouwd.
Geleiders die met meer dan ��n hond deelnemen aan wedstrijden, mogen dus geen
resultaten van meerdere honden samenvoegen.
Honden die in de loop van een sportjaar, via tentoonstellingen, in Het RlSH
worden ingeschreven, worden pas als dusdanig erkend vanaf het ogenblik dat zij
hiervan een officieel bewijs kunnen voorleggen. Dit wil zeggen dat, voor het
overgaan naar een volgend programma, alle reeds behaalde resultaten voor hen
behouden blijven.
Voor eventuele deelname aan de wedstrijd voor de "Beker van Belgi�" en/of de
"Grote Prijs van Belgi�", gelden de behaalde uitslagen pas vanaf het ogenblik
dat de hond in het RISH werd ingeschreven.
Een sportjaar loopt van 16 augustus t.e.m. 15 augustus daaropvolgend.
3.1. Van Debutantenprogramma naar GP 1
Geleiders dewelke met hun hond 10 maal 85 punten op 100 behalen, zijn vrij om
over te gaan naar GP 1. Nochtans, wanneer men eenmaal in GP 1 heeft
deelgenomen. is teruggaan naar het DP niet meer mogelijk.
Geleiders dewelke met hun hond 10 maal 95 punten op 100 behalen, zijn
verplicht om over te gaan naar GP 1.
Indien deze 10 keer 95 punten behaald werden in eenzelfde sportjaar, is de
geleider verplicht om over te gaan, na de wedstrijd voor de "Beker van Belgi�"
(medio september).
Wanneer echter deze 10 keer 95 punten op 100 niet behaald werden in eenzelfde
sportjaar, is de geleider verplicht om onmiddellijk nadat de tiende keer 95
punten (of meer) werden behaald, over te gaan naar GP 1
3.2. Van GP 1 naar GP 2
Wanneer tenininste 10 keer 90 punten op 100 werden behaalde in wedstrijden GP1,
is de geleider vrij om over te gaan naar GP 2, echter met dien verstande
dat, wanneer men eenmaal heeft deelgenomen aan wedstrijden GP 2, teruggaan
naar GP 1 niet meer mogelijk is.
Wanneer 10 keer 95 punten of meer op 100 werden behaald, is de geleider
verplicht om over te gaan naar GP 2. Indien deze 10 keer 95 punten behaald
werden in eenzelfde sportjaar, is de geleider verplicht om over te gaan, na de
wedstrijd voor de "Beker van Belgi�" (medio september).
Wanneer echter deze 10 keer 95 punten op 100 niet behaald werden in eenzelfde
sportjaar, is de geleider verplicht om onmiddellijk nadat de tiende keer 95
punten (of meer) werden behaald, over te gaan naar GP 2.
|
|