|
|
B-BREVET
De oefeningen gebeuren aangelijnd.
1. Volgen aan de leiband :
Er wordt een slalom gedaan tussen de andere honden door. Er mag gesproken
worden met de hond om de aandacht te krijgen, maar: er mogen echter geen
bevelen gegeven worden.
-
ieder bijbevel: -1
-
halve meter: -1
-
��n meter: -2
-
ruk: -1
2. Volgen in vrijheid:
de geleider wandelt met de hond in vrijheid een afstand van ongeveer 10 meter
met aan de linkerzijde de afsluiting. Er mag gepraat worden met de hond en er
mogen bevelen gegeven worden.
-
Er wordt 1 punt afgetrokken per halve meter dat de hond zich verwijderd van de
geleider, 2 punten per meter enz.
-
Indien de hond meer dan 3 meter bij de geleider weg gaat is de proef niet
geslaagd.
3. Houdingen:
de houdingen gebeuren met de hond naast de geleider en aangelijnd. Lichte hulp
met gebaar is toegelaten, voorbeeld wijzen naar de grond, of een stap vooruit
bij de houding recht. Hulp met de leiband is niet toegelaten.
-
Punten per houding: Recht = 4 punten; zit = 3 punten; af = 3 punten.
-
De hond aanraken is verlies van alle punten.
-
Herplaatsen: -2; bijbevel:-1; houding: -2
4. Blijven in zit, recht of af:
de instructeur bepaalt de houding, meestal is dat 'zit'.
-
Een ruk of een gestrekte leiband is verlies van de helft van de punten.
-
Bijbevel: -1; houding: -2; herplaatsen: -2
5. Komen op bevel:
Afstand lange lijn gebruiken (lengte politieleiband). De hond komt in een
goede zit voor. De hond lokken is toegestaan.
-
Er is geen voedsel toegelaten tijdens de proef.
-
De geleider mag niet achteruit gaan bij het lokken.
-
Zit voor: -1; ruk: -1
-
De hond aanraken is verlies van alle punten.
6. Apport:
gebeurt altijd aangelijnd, eventueel lange lijn gebruiken, halsband uit strop
zetten. De geleider gooit het voorwerp op minstens 7 meter. Hij mag mee vooruit
en achteruit lopen met de hond.
-
indien de hond het voorwerp brengt, maar nog niet volledig afgewerkt, is de
proef geslaagd.
-
Laat vallen is -1; verlies van 1 punt per meter dat de hond het laat vallen
voor de geleider.
7. Weigeren lokaas:
hond per hond bevel geven.
-
Likken is -5; opeten is verlies van alle punten.
-
Bijbevel: -1; ruk: -1
8. Twee minuten af:
Afstand lange leiband: lei band vasthouden en voor de hond gaan staan. De
geleider mag nog een bevel geven om te blijven.
Bij het einde van de oefening gaan de geleiders achter de hond door om zo weer
naast hem te gaan staan. De hond blijft zolang in af.
-
Bijbevel: -1;
-
herplaatsing: -3
9. Voorstellen:
moet goed uitgevoerd worden. De hond aanraken en helpen is toegestaan.
10. Lawaai en beweging:
moet goed uitgevoerd worden.
-
Bijbevel: -1;
-
herplaatsing: -2
11. Onderbreking:
er worden 3 kegels geplaatst op niet te grote afstand van mekaar.
-
1ste kegel: hond aan voet. De geleider begeeft zich in lichte looppas naar de
2de kegel.
-
Aan de tweede kegel geeft de geleider het bevel om te gaan liggen. Hij mag
daarvoor een bijbevel gebruiken door naar de grond te wijzen of een rukje aan
de leiband (hond niet aanraken!!).
De geleider laat de leiband op de grond liggen en begeeft zich naar de 3de
kegel.
-
De geleider gaat met het aangezicht naar de hond staan en roept hem in zit
voor. Er worden geen punten afgetrokken indien de zit voor niet perfect is.
-
Herplaatsing: -2; houding: -2
12. Algemene houding:
beoordeel de geleider over de gehele leerstof.
Om te slagen dienen de geleiders in het totaal 70% te behalen en op ten minste
negen oefeningen te slagen (5O%).
|
|